Lang genoeg gewacht – over de rol van de vrouw in de theaterwereld

Theaterkrant en de Toneelmakerij deden samen onderzoek naar de positie van vrouwelijke makers- en personages in het Nederlandse theater. De uitkomst liegt er niet om, met name voor wat betreft de schrijvers. Bij de BIS-gezelschappen worden twee keer zoveel teksten van mannen gespeeld als van vrouwen. Ook zijn de verhalen die over vrouwen verteld worden geenszins toereikend.

Nikki Kuis volgde de acteursopleiding van ArtEZ en onderzocht in haar afstudeerscriptie Herstory de criteria waaraan een goede vrouwenrol zou moeten voldoen. De Theaterkrant deed samen met haar een vervolgonderzoek om een antwoord te fomuleren op de prangende vragen die ze daarin stelt: waarom zijn er zo weinig interessante vrouwelijke personages? Waarom zijn alle vrouwenrollen door mannen geschreven? Waarom staat het lief en leed van mannen altijd centraal in toneelwerk? Waarom worden vrouwenrollen altijd gereduceerd tot stereotypes als de heks, de feeks, de hoer en de heilige maagd?

Voor het onderzoek is gekeken naar de in totaal 350 producties die in de periode 2017-2020 gemaakt zijn. Het onderzoek is in twee delen gedaan; in het kwantitatieve deel is gekeken naar de samenstelling van de ‘narratieve teams’: de auteurs, bewerkers, dramaturgen en regisseurs. Kortom, de mensen die op de eerste plaats verantwoordelijk zijn voor de verhalen die verteld worden. Binnen deze teams is het aantal mannen en vrouwen geteld. In het kwalitatieve deel zijn steekproefsgewijs een aantal toneelteksten geanalyseerd en geïnterpreteerd op de kwaliteit van de vrouwenrollen.

De resulterende cijfers zijn veelzeggend. Van alle voorstellingen is  57,8 procent geregisseerd door een man en 38,9 procent door een vrouw.  De overige 3,3 procent is gemaakt door een gemengd team.
Schrikbarender is het verschil tussen mannelijke en vrouwelijke schrijvers: ruim 70 procent van de BIS-voorstellingen is geschreven door een man. Aanvankelijk werd de oorzaak gezocht bij de canon van toneelklassiekers, die vrijwel volledig door mannen geschreven is. Maar van de 350 blijken maar 39 voorstellingen van een overleden schrijver te zijn. Als die teksten buiten beschouwing worden gelaten, dan is nog steeds 66 procent van de teksten van de hand van een man. Het gaat hier dus om levende, Nederlandse toneelschrijvers. Om precies te zijn: 50 vrouwelijke toneelschrijvers tegenover 91 mannelijke.

In het kwalitatieve deel van het onderzoek werd naar de vrouwenrollen zelf gekeken. De toneelteksten van de best bezochte voorstellingen van de jeugd- en toneelgezelschappen uit de BIS in het jaar 2019 werden geanalyseerd. De resultaten laten zien dat vrouwelijke personages veel minder spreektekst hebben dan mannelijke personages en dat de meeste rollen weggelegd zijn voor mannelijke personages. Ook viel op dat de stukken met het meest problematische vrouwbeeld gemaakt waren door teams die alleen uit mannen bestonden.

Dit onderzoek laat zien dat het goed gesteld is met de positie van de vrouw binnen het Nederlandse theater, met name die van de vrouwelijke toneelschrijver. Ook wordt andermaal duidelijk dat de BIS-toneelgezelschappen hierin achterlopen op het jeugdtheater. Het volwassen toneel, dat meer geld heeft, meer voorstellingen maakt, een groter publiek bereikt en nog altijd meer prestige heeft, zou zich dit ernstig moeten aantrekken. Het onderzoek bevestigt ook dat we allemaal onderdeel zijn van een patriarchaal systeem dat telkens opnieuw bekrachtigd wordt door de verhalen die we elkaar vertellen.

Dit artikel is gepubliceerd in De Theaterkrant door Paulien Geerlings en Nina van Tongeren
op 22 augustus 2022.

Lees meer over het onderzoek
Home